Collectieve overeenkomsten: toeslagen voor uitzonderlijk werk op zondag zijn niet verschuldigd aan de werknemer die die dag normaal werkt

In de eerste zaak had een medewerker, verantwoordelijk voor de kassa's binnen een meubelbedrijf, de rechters in beslag genomen, met meerdere verzoeken in verband met zondagswerk.

De chronologie van de gebeurtenissen ontvouwde zich in twee fasen.

In een eerste periode, tussen 2003 en 2007, had het bedrijf illegaal zijn toevlucht genomen tot zondagswerk, aangezien er toen in geen geval werd afgeweken van de zondagsrust.

In een tweede periode, vanaf januari 2008, bevond het bedrijf zich "in de spijkers", aangezien het had geprofiteerd van de nieuwe wettelijke bepalingen die meubelzaken automatisch toestaan ​​om af te wijken van de regel van de zondagsrust.

In dit geval had de werknemer in deze twee periodes op zondag gewerkt. Hij vroeg onder meer om de conventionele toeslagen voor uitzonderlijk werk op zondag. De cao voor de meubelhandel (artikel 33, B) stelt dan ook dat “ Voor elke uitzonderlijke zondagse arbeid (in het kader van vrijstellingen van het wettelijk verbod) in overeenstemming met de Arbeidswet, worden de gewerkte uren vergoed op basis van