Gedeeltelijke activiteit: het common law-regime

Het uurtarief voor de berekening van de gemeenrechtelijke deelactiviteitstoelage blijft vastgesteld op 60% van het bruto referentieloon, beperkt tot 4,5 uur minimumloon.

Het tarief dat wordt toegepast voor de berekening van de vergoeding die aan de werknemer wordt betaald, wordt gehandhaafd op 70% van de bruto referentievergoeding, met een maximum van 4,5 uurminimumloon tot 30 april.

Wat een rest afhankelijk maakt, voor de werkgevers afhankelijk van het common law-systeem, van 15%. Dit ondersteuningsniveau is momenteel gepland tot 30 april.

Het tarief van 36% van de gedeeltelijke activiteitsvergoeding zou theoretisch van toepassing moeten zijn vanaf 1 mei 2021.

Gedeeltelijke activiteit: beschermde sectoren (bijlagen 1 en 2 of S1 en S1bis)

Werkgevers wiens hoofdactiviteit voorkomt op:

de lijst genoemd bijlage 1 of S1 waarin met name de sectoren toerisme, horeca, sport, cultuur, personenvervoer en evenementen zijn opgenomen; de lijst met de naam bijlage 2 of S1bis die de zogenaamde aanverwante sectoren groepeert en waarvan de hoofdactiviteit in bijlage 2 voorkomt en die een zekere daling van ...