Bevordering van bedrijfssport: tolerantie geïmplementeerd in december 2019

Om het beoefenen van sport in een bedrijf aan te moedigen, wilde de regering dat de sportactiviteiten die binnen het bedrijf worden aangeboden, niet als een voordeel in natura worden beschouwd.

In december 2019 versoepelde een brief van de Directie Sociale Zekerheid daarom de regels voor het onderwerpen van sociale bijdragen aan het voordeel dat wordt gevormd door het verstrekken van toegang tot sportuitrusting.

Vóór deze administratieve tolerantie waren enkel sportactiviteiten aangeboden door het sociaal en economisch comité of door de werkgever, bij gebrek aan een CSE, onder bepaalde voorwaarden vrijgesteld van bijdragen.

Met toepassing van deze tolerantie kunt u vandaag, zelfs als uw bedrijf een CSE heeft, genieten van een sociale vrijstelling wanneer u ter beschikking stelt van alle werknemers:

toegang tot apparatuur die is bedoeld voor het uitvoeren van sportactiviteiten, zoals een sportschool van het bedrijf of een ruimte die door het bedrijf wordt beheerd of waarvoor u verantwoordelijk bent voor de verhuur; sport of fysieke en sportieve activiteitenlessen in een van deze ruimtes.

Houd er rekening mee dat deze vrijstelling niet van toepassing is wanneer u financiert of deelneemt in de individuele abonnementskosten van ...