Volgens de voorwaarden van artikel L. 1152-2 van de arbeidswet mag geen enkele werknemer worden bestraft, ontslagen of onderworpen aan een discriminerende maatregel, direct of indirect, in het bijzonder wat betreft beloning, opleiding, herschikking , toewijzing, kwalificatie, classificatie, professionele promotie, overdracht of verlenging van het contract, voor het hebben geleden of geweigerd hebben om herhaalde daden van morele intimidatie te ondergaan of omdat u getuige bent geweest van dergelijke daden of er verband mee heeft gehouden en onder de voorwaarden van artikel L. 1152-3, is elke schending van de arbeidsovereenkomst die plaatsvindt in strijd met de bepalingen daarom nietig.

In een zaak die op 16 september werd berecht, bekritiseerde een werknemer die als ontwerpingenieur was aangenomen zijn werkgever omdat hij hem ten onrechte had teruggetrokken uit een opdracht bij een klantbedrijf en deze niet aan hem had gecommuniceerd. de redenen. Hij gaf in een brief aan zijn werkgever aan dat hij zich “in een situatie van intimidatie” voelde. Ook per post antwoordde de werkgever dat "onvoldoende of zelfs afwezigheid van communicatie met de klant", die "negatieve gevolgen had voor de kwaliteit van de te leveren producten en het respecteren van de leveringstermijnen", deze beslissing verklaarde. Na enkele mislukte pogingen van de werkgever om de werknemer op te roepen voor uitleg